Delen
Gebied

Balearen

Overzicht


Balearen


Wandelbeschrijvingen

Hier staan linken naar de details van de wandelingen en uitstappen die we in dit gebied maakten.


  Mallorca
     
  •   Nog geen wandelingen



Verslagen

Hier staan linken naar de verslagen van de vakanties waarin we dit gebied bezocht hebben:

     
  •   2020 - Mallorca (door COVID-19 niet doorgegaan ... maar hopelijk geen afstel)



Mappen

Op onderstaande mappen staan de plaatsen/wandelingen aangeduid die we in deze streek (en omgeving) maakten. Op de iconen kan verder worden doorgeklikt naar meer details rond de bijbehorende activiteit.






Balearen

De autonome Spaanse regio Balearen of Baleares (Spaans: Comunidad Autónoma de las Islas Baleares) is een groep eilanden gelegen in de Middellandse Zee, ten oosten van het Spaanse vasteland. De voornaamste eilanden Mallorca, Menorca, Ibiza en Formentera bieden een grote verscheidenheid aan landschappen. Varieërend van levendige stranden, rotsachtige kusten tot weelderige subtropische landschappen.



Mallorca

Mallorca of Majorca is het grootste eiland van de Balearen. De totale oppervlakte van het eiland is 3.625 km2 met een lengte van ca. 100 kilometer en een grootste breedte van meer dan 70 kilometer. De kustlijn is ca. 550 lang.

Op het einde van het Tertiair, ongeveer acht miljoen jaar geleden, ontstonden er bergketens als de Alpen en de Pyreneeën en ook de eilanden Mallorca en Ibiza werden toen boven de zeespiegel opgeheven. Op dat moment zaten de eilanden nog vast aan het Spaanse vasteland maar door het stijgen van de zeespiegel ontstonden ca 12.000 jaar geleden de eilanden van de Balearen, waaronder Mallorca. Steile rotsachtige kustformaties zijn te vinden in het westen en aan de noordkaap (Cap de Formentor). De oost- en zuidkust worden gekenmerkt door de aanwezigheid van vele baaien en strandjes (calas). Rondom de baaien liggen lagunes en moerassen, de zogenaamde wetlands. Mallorca kent verschillende duingebieden die door de voortdurende wind en de constante aanvoer van zand steeds van vorm veranderen waardoor het lijkt alsof ze permanent aan de wandel zijn.

In het zuidoosten (Sierra de Levante) en het noordwesten (Sierra del Norte; Malloquin: Sierra de Tramontana) lopen aan de kust evenwijdige bergketens. In het Tramontana-gebergte bevindt zich ook het hoogste punt op Mallorca, de Puig Major, 1.445 meter hoog. Andere hoge toppen zijn de Teix (1.062 meter), de Galatzó (1.026 m), de Massanella (1.340 m) en de Tomir (1.102 m).

Vanuit de bergen lopen diepe ravijnen (torrents) naar de kust. Echte rivieren ontbreken op Mallorca, maar de beddingen van deze ravijnen kunnen na hevige regenval in woeste rivieren veranderen. Tussen de twee bergketens in ligt een vrij vlak, vruchtbaar gedeelte dat naar het noorden toe weer wat heuvelachtiger wordt en Es Pla heet. De heuvels die hier liggen worden niet hoger dan 350 meter. Kalksteen is een belangrijk gesteente op Mallorca en zorgt op verschillende plaatsen, maar met name langs de oostkust, voor karstverschijnselen zoals druipsteengrotten, kloven en inzinkingen. Bekende druipsteengrotten zijn de Cuevas del Drac en de Cuevas dels Harms bij Porto Cristo. Al deze verschijnselen ontstaan door water dat langs scheuren en breuken naar beneden sijpelt en dan de kalk oplost. Het bekendste zandstrand van Mallorca ligt aan zuidkust in de Baai van Palma.
 




Menorca

Menorca of Minorca (Latijns: Balearis Minor) is het meest oostelijke en noordelijke eiland van de Balearen. De Spanjaarden van het vasteland noemen het eiland ook wel ‘isla verde y azul’, het groene en blauwe eiland. Menorca is ca. 50 kilometer lang en maximaal 22 kilometer breed. De uiterste punten van Menorca zijn Cap Cavalleria in het noorden, Illa de l’Aire in het zuiden, Cap de Sa Mola in het oosten en Cap de Bajolí in het westen. De totale kustlijn bedraagt meer dan 200 kilometer. De totale oppervlakte van het eiland bedraagt 683 km2, en daarmee is Menorca het op één na grootste eiland van de Balearen.

Menorca is overwegend sterk geaccidenteerd en vrij rotsachtig. Met name het centrum wordt gekenmerkt door een heuvelachtig landschap. De hoogste verheffing op Menorca is de Monte Toro (Arabisch voor ‘hoogste berg’) met 357 meter. Op heldere dagen kan men vanaf de Monte Toro zowel de noord- als de zuidkust zien. Opmerkelijk is het grote Christusbeeld dat boven op de heuvel staat. Andere ‘hoge’ toppen zijn de S’Enclusa (274 meter) en de Santa Àgueda (264 meter). Menorca kent ca. 70 baaien met zand- en rotsstranden, en verder vele ravijnen en grotten. Op Menorca is grofweg gesproken een landschappelijke tweedeling te maken: in het centrum en het noorden is het licht heuvelachtig en de bodem is leikleurig en soms roodachtig. Het zuiden wordt gekenmerkt door karstplateaus waar enkele tientallen kloofdalen door waterlopen ingeslepen zijn. In oktober 1993 heeft de UNESCO het hele eiland uitgeroepen tot een biosfeer-reservaat (Reserva de la Biosfera). Officieel staat nu meer dan 40% van het eiland onder natuurbescherming en zijn er 19 beschermde natuurgebieden.

De kusten van Menorca zijn rotsachtig, maar de rotsen worden onderbroken door baaien met uitgestrekte zandstranden en kleine inhammen of cala’s. Menorca heeft meer stranden dan alle andere eilanden van de Balearen bij elkaar opgeteld. De beste en mooiste stranden liggen in het zuiden en zijn: Playa de Son Bou, Porta de Ciutadella, Son Xoriguer, Cala’n Bosch, Santandriá, Cala’n Blanes, Cala Tirant, Son Saura, Arenal d’ Castell, Es Grau, Cala'n Porter en Cala Santa Galdana. De noordkust van Menorca is zeer grillig, het lijken bijna Noorse fjorden. De bijzondere rotsformaties zijn door stormen en de zee in een tijdsbestek van duizenden jaren uitgesleten. Veel stille en ongerepte stranden liggen hier: Cala Tirant, Port d’Addaia, Cala Pregonda en Na Macaret.

De zes kilometer lange en tot 1,2 kilometer brede, beschutte havenbaai van Mahón, geldt als de best beschutte natuurlijke haven van de Middellandse Zee en de op een na grootste natuurlijke haven ter wereld. De kustlijn binnen dit fjord bedraagt ca. 20 kilometer. In de baai liggen ook nog drie eilanden: Illa del Rei, Illa Quarantena en Illa d’es Llazaret. De beek door het ravijn van Algendar stroomt het hele jaar door en mondt bij Cala Santa Galdena uit in een brede rivier naast het strand. De Cova Polida is een grot die alleen toegankelijk is via het water en vertoont een zeer groot aantal druipsteenformaties. De Cova d’es Coloms is met een hoogte van 24 meter, een breedte van 16 meter en een diepte van 11 meter, één van de indrukwekkendste ondergrondse monumenten van Menorca. Opvallend zijn de geisers, die aan de westkant van de Cala en Forcat kleine fonteinen zeewater de lucht in spuiten. Deze zogenaamde ‘bufadors’ zijn niet terug te voeren op een vulkanische activiteit, maar op een ingenieus stelsel van grotten en gangen dat op de waterdruk reageert.
 




Ibiza

De totale oppervlakte van Ibiza bedraagt 541 km2. Het eiland is van noord naar zuid 41 kilometer lang en van oost naar west 20 kilometer breed. De kustlijn is in totaal ca. 210 kilometer lang en verspreid liggen meer dan vijftig stranden. De kust van Ibiza kent ook een aantal hoge kliffen.

Uit de geologische oudheid is op Ibiza nog maar weinig terug te vinden. Tijdens het Mesozoïcum (220-65 miljoen jaar v.Chr.) steeg de zeespiegel en kwam Ibiza onder water te liggen. Kalkafzettingen uit de Krijtperiode zijn nog steeds aan de oppervlakte te vinden. In het Tertiair kwamIbiza nog een keer onder water te liggen en uit deze periode is er nog zand, leem en kalksteen te vinden. Ca. 8 miljoen jaar geleden ontstonden gebergtes als de Alpen en de Pyreneeën en werd ook Ibiza (Els Amunts gebergte) boven de zeespiegel opgeheven. Ibiza was toen nog via een landbrug met het Spaanse vasteland verbonden, maar na de laatste ijstijd steeg het water weer en ontstonden de Balearen. Door de voornamelijk kalkstenen bodem van Ibiza zijn er veel zogenaamde karstverschijnselen te vinden. Met name te noemen zijn karstpijpen of ‘aven’ (trechtervormige gaten), karstgrotten, dolines (kete- of trechtervormige verdiepingen in karstplateaus) en uvula’s (serie aaneengesloten dolines). Al deze verschijnselen ontstaan door de combinatie van water en scheuren en breuken in het gesteente. Regen- en rivierwater sijpelt naar beneden, waardoor de kalk oplost. Bijzonder zijn de ondergrondse watervoorraden of ‘aquifers’, die ontstaan door het water dat door de poreuze kalksteen dringt en naar deze plekken met een ondoordringbare ondergrond stroomt. De opvallendste verschijningen zijn natuurlijk de druipsteengrotten. De bekendste druipsteengrotten op Ibiza zijn de Santa Cova, de Es Cuieram en vooral de prachtige Cova den Can Marça. De Cova den Can Marça is een fossiele druipsteengrot, dat wil zeggen dat er geen water meer door de grot stroomt en er dus ook geen kalkafzetting meer plaatsvindt. Alle watervallen en meertjes zijn dan ook kunstmatig aangelegd.

De afgelopen tweeduizend jaar zijn de naald- en loofbossen, de akkers en de boomgaarden allemaal door mensenhanden aangelegd. Zeer bepalend voor het landschap van Ibiza is de bergrug Els Amunts. De hoogste berg van Ibiza is 475 meter hoge Atalaya of Sa Talaiassa de Sant Josep. Andere hoge toppen zijn de Llentrisca (414 m) en de Furnás (409 m). Enkele belangrijke baaien zijn de baai van Eivissa en de baai van Portmany. Hier liggen ook de belangrijkste havens van Ibiza. Het achterland wordt op sommige plaatsen beschermd door een duinenrij. De kust is verder bezaaid met inhammen of ‘calas’, waar meestal zandstranden te vinden zijn. Het langste zandstrand van Ibiza is het Platja d’en Bossa. Ibiza kent één riviertje, de Riu de Santa Eulària, dat het grootste deel van het jaar droog staat en 11 kilometer lang is.
 




Formentera

Formentera, het meest zuidelijke eiland van de Balearen, en Ibiza, liggen vlak bij elkaar en worden gescheiden door de zeven kilometer brede zee-engte ‘Es Freus’. In deze zee-engte liggen de onbewoonde eilandjes Isla Espalmador (op slechts 150 meter afstand van Formentera; de zeestraat tussen de twee eilanden heet Pas des Trocadors), Isla Espardell, Islas de los Ahorcados en Islas Negras. De totale oppervlakte van Formentera bedraagt 83 km2, erg klein vergeleken met de andere eilanden. Formentera is 22 kilometer lang en op sommige plaatsen maar 1,5 kilometer breed. De totale lengte van de kustlijn bedraagt 69 kilometer.

Formentera is nagenoeg vlak, alleen de plateaus in het oosten en het westen van het eiland steken hoog boven de zee uit; het oostelijke plateau met als hoogste punt La Mola met 192 meter, het westelijke plateau met als hoogste punt Puig Guillem met 106 meter. Rondom het eiland liggen hagelwitte stranden, omringd door duinen die het achterland beschermen tegen hoogwater. De mooiste stranden van Formentera liggen in het noorden, vlakbij de zoutmeren of 'salinas'. Het zandstrand Platja de Migjorn beslaat het hele middenstuk van de zuidkust: meer dan zes kilometer lang, door rotsen onderbroken en geflankeerd door duinen.